Een accountant belde vanuit zijn auto (te horen aan het getik van een richtingaanwijzer). Het schijnt dat de boekhouding klopte, maar de uitgaven niet. De accountant zei: Je ziet het als je het weet, maar wil je het zien als je het weet? Kortom, kan een accountant op tegen raden van bestuur die zelfverrijking door de vingers zien of er zelfs aan mee doen. Zou het echt waar zijn dat het hoofd huisvesting zijn eigen huis heeft laten opknappen op kosten van Amarantis? Dat moeten anderen dan toch geweten hebben, maar het niet hebben willen zien.
Nr 740 de duurste huizen in New York |
Afgelopen week zag ik bij uitzending gemist een documentaire over Fifth Avenue, de plek waar de rijksten van de rijksten wonen. Mensen die zich in allerlei bochten wringen om zo min mogelijk belasting te betalen. Het is een droevig beeld. In grafieken komt aan me voorbij hoezeer de armen in de VS gemarginaliseerd zijn door de hebzucht van een heel kleine groep rijken. En de rijken geven een fractie van hun vermogen aan goede doelen om de menigte te sussen. Ze geven geld aan politici om te voorkomen dat belastingverhoging wordt ingevoerd, ze steunen universitaire programma's die economen opleiden in hun wereldbeeld en hebben te Tea party in het leven geroepen.
Ze scheppen een beeld van hun succes dat ze met hun eigen werk hebben opgebouwd en verwijten armen luiheid. Ze zouden de steun die ze krijgen als een hangmat gebruiken. De rijken zijn echt niet de enigen die denken dat ze hun rijkdom alleen aan zichzelf te danken hebben. In de documentaire komt een experiment voor. Twee mensen spelen Monopoly. Het lot bepaalt wie bevoordeeld wordt: meer geld aan het begin en meer salaris bij het passeren van start en gooien met twee dobbelstenen. De voorsprong van de bevoordeelde ligt voor de hand, en toch denkt iedereen die aan de test meedeed dat hij of zij het aan zichzelf te danken had. Zonder compassie. Ik zou dat ook hebben, net als vele anderen. Het zit in ons om te willen bezitten.
Ik probeer me in te leven in de houding van deze rijken. Het is een beetje lastig omdat ik me weinig kan voorstellen bij een vermogen van een paar miljard. Toch weet ik dat ik in aard ook zo ben. Ik hecht ook aan mijn eigendommen. Ik denk ook dat ik mijn succes aan mezelf te danken heb terwijl er voldoende omgevingsfactoren in mijn voordeel waren. Ik weet dat ik ook zo zou kunnen zijn omdat ik alle zaden in me heb van goed en kwaad. Net als de rijken en de armen.
Het is niet voor niets dat de Boeddha ons heeft aangeraden om niet te hechten aan bezit. Het voorkomt veel ellende. Als je weinig hebt, heb je weinig te verliezen. Dat geeft vrijheid. Ik heb het gemerkt toen ik veel spullen weg deed voor mijn verhuizing, maar ik hecht nog steeds aan mijn bezittingen. Loslaten is dan misschien goed, het is niet eenvoudig.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten